- Uit balans – negatieve gemoedstoestand:
Ontevreden met wat men doet in het leven
Gebrek aan vervulling
Kent zijn richting en taak niet
Weet niet wat hij echt wil doen
- In balans – in harmonie:
Roeping en doelgerichtheid
Levenstaak weten
Innerlijk weten wat je het liefst doet